Quarantaine

Tijdens de Coronacrisis horen we regelmatig van mensen die in quarantaine gaan. Het gaat om personen die in contact zijn geweest met iemand die geïnfecteerd is door het Coronavirus. Gedurende de incubatietijd van het virus worden zij geïsoleerd van hun omgeving: in (thuis)quarantaine geplaatst. Hoewel voor de meesten van ons hopelijk geldt dat we niet in quarantaine hoeven te gaan, geldt wel dat we meer geïsoleerd van elkaar moeten leven: 1,5 meter afstand houden, zoveel mogelijk thuis blijven en activiteiten worden afgelast.

Het woord quarantaine ontstond tijdens de pestepidemie van de 14e eeuw. Het is afkomstig van quaranta giorni (40 dagen). Schepen werden verplicht om eerst 40 dagen stil te liggen in de haven, voordat de bemanning het schip mocht verlaten.

In Mat. 4:1-11 lezen we dat Jezus 40 dagen de woestijn in gaat om te vasten. Hij wordt er door de duivel op de proef gesteld, nu zijn publieke bediening op het punt staat om te beginnen. Zou het kunnen dat in de stilte duidelijk wordt welke geestelijke strijd we dagelijks hebben te voeren? In hoeverre overschreeuwen de stemmen van de lichamelijke behoefte (vs. 3-4), het snelle succes en het applaus (vs. 5-7) en de macht (vs. 8-10), de stem van wat God van ons verlangt?

De afgelopen 40 dagen – de lijdenstijd die vooraf gaat aan Pasen – heb ik getracht de stilte op te zoeken, door van bepaalde dingen te vasten (zoals Facebook en blogs schrijven) en door een digitale gebedsretraite te volgen. De eerlijkheid gebied te zeggen dat het niet meeviel om echt rust en stilte te vinden. Ondanks dat er met Facebook iets wegviel wat voor onrust in mijn hoofd kan zorgen, kwamen er met de Coronacrisis weer andere dingen bij die de gedachtestroom in mijn hoofd voedden. Vooral het constant nieuwe updates krijgen en het zoeken hoe ik in deze nieuwe situatie mijn werk- en thuissituatie vorm kon geven, zorgden ervoor dat de toeren in mijn hoofd bleven draaien en dat ik me maar moeizaam op het gebed kon focussen.

In die zin zijn de afgelopen 40 dagen een les in nederigheid geworden. Ik had vooraf de verwachting dat ik rust zou vinden en dat dat me zou helpen me meer op God te focussen. Enerzijds kun je denk ik stellen dat het allemaal niet zo maakbaar is: over de omstandigheden heb je minder controle dan je zou willen. Anderzijds heb je op sommige aspecten – met name op je eigen gedrag – wel degelijk invloed en het is belangrijk hoeveel informatie je tot je neemt en op welke momenten je dat doet. Af en toe mijn telefoon wegleggen is bijvoorbeeld iets waar ik me meer in wil oefenen. Discipline en discipelschap zijn dus nauw verbonden met elkaar.

Toch bracht deze moeizame weg door de 40 dagen ook dat ik het feest van Pasen intenser beleefde. De hoop die wie in Christus hebben, geeft dat we mogen geloven dat deze omstandigheden eindig zijn en dat onze eigen gebreken niet het laatste woord hebben. Dat geeft rust en troost.

Neem gerust contact op
Scan de code